Gezond en gelukkig leven begint hier en nu

Abonneer

Mamablog: het stoutste kindje van de opvang

doorValérie Wautersop 17/11/2017

Elke week gunnen onze redactrices je op vrijdag een inkijk in hun leven zoals het is, mét kinderen. Vandaag is het de beurt aan redactrice Valérie (32). Zij is mama van twee jongens: Alexander (4) en Thibeau (1,5).

‘Misschien hoort hij gewoon niet goed’, oppert mijn man wanneer we het tijdens een zondagse date naar goede (?) gewoonte over de kinderen hebben. Even kijken we elkaar bedenkelijk aan, om daarna uit te barsten in een net niet hysterische lachbui. 

Enkele dagen voor ons gesprek werd het namelijk nog maar eens pijnlijk duidelijk dat onze jongste zoon het gemoedelijke karakter van z’n broer absoluut niet heeft meegekregen. Waar ik na een lange werkdag Alexander vroeger onbezorgd kon oppikken bij de onthaalmoeder, slaat de schrik me nu lichtjes om het hart wanneer ik haar straat inrijd. 

Op goede dagen zit mijn jongste rustig te spelen wanneer ik aankom, en is er geen vuiltje aan de lucht. Op slechte dagen vertelt de lichtjes wanhopige blik in de ogen van mijn onthaalmoeder me dat ik mijn kind bij zijn geboorte beter ‘master of destruction’ had gedoopt dan Thibeau. Zo ook vorige woensdag. 

‘Het was weer zo’n dag’, puft mijn onthaalmoeder nog voor ik goed en wel haar drempel over ben. ‘We proberen ’m nochtans op te voeden’, fluister ik beschaamd terug. Opgelucht dat we hier twee jaar geleden een kind onderbrachten dat wel netjes luisterde en deed wat er van hem gevraagd werd. ‘Weet ik’, antwoordt mijn onthaalmoeder, gelukkig zonder er al te lang over te moeten denken. ‘Ik heb vroeger zelf zo’n exemplaar in huis gehad’.

‘Het komt op termijn wel goed hoor’, voegt ze er nog aan toe, terwijl ik met het schaamrood op de wangen het stoutste kindje van de opvang in z’n jas wurm.

‘Ik denk dat we ons er gewoon bij moeten neerleggen dat we opgescheept zitten met een kind dat echt niet luistert’, zucht ik die bewuste zondagavond tegen mijn man. ‘Ik vrees het ook’, zegt Mattie. ‘Maar misschien moeten we… ‘ 

‘… voor de zekerheid een afspraak maken bij de dokter?’ vul ik zijn zin automatisch aan terwijl ik opkijk van mijn smartphone waarop de website van de oorarts al openstaat.

Die ontkenningsfase… duurt die lang eigenlijk?!