Aha: deze stellingen over hardlopen kunnen de prullenmand in

Wie voor 1960 een rondje ging joggen in het park, werd aangezien voor een rare snuiter. Je verstoorde met je gehijg en gezweet de publieke orde op de stoep Maar anno 2018 blijft de sport aan populariteit winnen, en wordt er veel over gezegd, geschreven en geadviseerd. Het kaf van het koren scheiden, dat deed wetenschapsjournaliste Mariska van Sprundel in 'Alles wat je wilt weten over hardlopen'.

1. Goede schoenen voorkomen blessures

Helaas: hoe duur je sportschoenen ook zijn, geen enkel exemplaar komt met een blessurevrije garantie. Bij blessures speelt immers meer dan enkel je schoen: ook je lichaamsbouw, medische geschiedenis en de mate waarin je sport hebben bijvoorbeeld een invloed. Wel doe je er uiteraard goed aan om je bij de aankoop van een paar door een professional te laten adviseren.

2. Tijdens het lopen moet je om de dertig minuten drinken

Bangmakerij, zo wijst onderzoek uit. Dorst is een prima mechanisme van ons lichaam om uitdroging te detecteren en erop te reageren. Gestructureerd om het halfuur drinken is dan ook niet nodig.

3. Sportgelletjes zijn een must

Een modern gelletje of een klassieke banaan om je energieniveau op peil te houden? Maakt niet uit, zegt van Sprundel. De hoeveelheid en de soort koolhydraten die ze bevatten komen in ieder geval nagenoeg overeen. Qua gebruiksgemak wint het gelletje wel, voegt ze er in haar boek aan toe.

4. Lange afstanden lopen komt aan op mentaliteit

Deels waar, deels onwaar: hoe enthousiast of gemotiveerd je ook bent, fysieke getraindheid speelt wel degelijk een rol. Bovendien valt het medisch gezien ten zeerste af te raden om zonder voorbereiding aan de 10 Miles, de 20 Kilometer van Brussel, een marathon of een andere duurloopwedstrijd te beginnen. Psychologische trucjes kunnen je wel verder brengen als hardloper.

5. Vlak voor het lopen eet je best vezelrijk

Toch maar liever niet, benadrukt van Sprundel. Vezels trekken namelijk water de darm in, wat oncomfortabel kan voelen tijdens het lopen en krampen, een opgeblazen gevoel of flatulentie kan veroorzaken. Niet bepaald aangenaam dus. Bovendien stimuleren ze de stoelgang, wat niet zo praktisch is tijdens het sporten.