Goed nieuws! Er is geen reden tot paniek als je af en toe lightfrisdrank drinkt
Onlangs waarschuwde een nieuwe studie van de universiteit van Boston ervoor dat het drinken van lightfrisdrank het risico op dementie zou verdrievoudigen én dat het de kans op beroertes verhoogt. Maar volgens onze diëtiste en 'Gezondheid en Wetenschap', die gezondheidsnieuws onder de loep neemt, is er geen reden tot paniek.

De onderzoekers maakten gebruik van gegevens uit een langlopende Amerikaanse studie die meer dan 5.000 mensen sinds 1971 opvolgt. Om de vier jaar, tot 2004, vulden de deelnemers vragenlijsten in over hun eet- en leefgewoonten. Er werd gekeken naar hoeveel frisdrank en lightfrisdrank de deelnemers geconsumeerd hadden in de periode 1998-2001 en hoeveel mensen dementie hadden ontwikkeld of een beroerte hadden doorgemaakt sinds 2001 (1). Op basis van de (light)frisdrankconsumptie werden de deelnemers ingedeeld in geen, weinig of veel consumptie. De onderzoekers analyseerden dossiers van 2.888 mensen ouder dan 45 jaar (gemiddeld 62 jaar) voor wat beroerte betreft en 1.484 personen ouder dan 60 jaar (gemiddeld 69 jaar) die dementievragenlijsten hadden ingevuld. In de eerste groep hadden 97 personen een beroerte gehad (3%), waarvan 82 veroorzaakt door een bloedklonter. In de tweede groep kregen 81 personen de diagnose dementie, waarvan 63 de ziekte van Alzheimer. Wanneer gekeken werd naar de frisdrankconsumptie vond men bij de personen met een beroerte dat minstens één glas lightfrisdrank per dag het risico ongeveer verdrievoudigde, maar enkel bij diegenen met een beroerte veroorzaakt door een bloedklonter. Wat dementie betreft, vond men eveneens een verdrievoudiging van het risico vanaf minstens één glas light per dag. Echter, wanneer de onderzoekers rekening hielden met zoveel mogelijk beïnvloedende factoren, zoals roken, gewicht, cholesterol, bloeddruk, diabetes … vond men geen verband meer. Toch concluderen de onderzoekers dat regelmatige consumptie van lightfrisdrank het risico op beroerte en dementie zou kunnen verhogen.
Conclusie?
Het onderzoek hangt met haken en ogen aan elkaar. Eerst en vooral zijn de conclusies gebaseerd op zeer kleine groepen: 82 personen met een beroerte als gevolg van een bloedklonter en 81 personen met dementie. Daaruit kan men geen algemene conclusies trekken. Ten tweede, als er rekening gehouden wordt met andere risicofactoren voor beroerte en dementie, houdt de conclusie amper stand. In geval men gesuikerde en lightconsumptie samen beschouwde, was er evenmin een verband. Ten derde, inschatten hoeveel frisdrank je in het voorbije jaar geconsumeerd hebt, is subjectief en minder nauwkeurig.
Ook diëtiste Carmen Lecluyse weerlegt de mythe dat light ongezond is: 'Kunstmatige zoetstoffen, en dan vooral aspartaam, staan al jaren in het oog van de storm. Een verhoogde kans op depressie, migraine-aanvallen of kankerverwekkend in hoge dosissen: het zijn allemaal effecten die toegeschreven worden aan vervangmiddelen voor suiker. Veel waarheid zit er niet in. Aspartaam, dat uit twee moleculen bestaat die ook in natuurlijke producten voorkomen, is een van de meest onderzochte voedingsadditieven ter wereld. Dat maakt dat de inname ervan volkomen veilig is.’
Of zo'n kunstmatige zoetstof dan een beter alternatief is voor suiker? Daarop is het antwoord nee volgens Lecluyse. ‘Of je nu suiker of aspartaam gebruikt, de zoetkracht blijft gelijk. Door over te schakelen op lightproducten zal je drang naar zoetigheid dus niet verminderen. Drink je een fles frisdrank per dag, dan doe je er beter aan om die hoeveelheid terug te schroeven naar een glas in plaats van over te schakelen op de lightvariant.'