Steeds meer mensen gebruiken gadgets om hun slaap te verbeteren. Zorgen ‘sleeptrackers’ voor een betere nachtrust? Slaapexpert Annelies Smolders legt uit
Eerst waren er de fitbits met hun stappen- en calorietellers, maar sinds kort schieten ook gadgets om de kwaliteit en duur van je slaap te meten als paddestoelen uit de grond. Wij gingen aankloppen bij slaapexpert Annelies Smolders van Start To Sleep. Doen die trendy dingen wat ze beloven te doen? En zijn ze wel goed voor je slaap? “Ik word regelmatig door merken gevraagd om er reclame voor te maken of gezicht te worden van hun product. En ik zeg altijd nee.”

Van horloges tot ringen en hoofdbanden: gadgets die claimen je slaappatroon in kaart te brengen, overspoelen de markt. De toestellen werken volgens een technologie die je hartslag en beweging, of het gebrek eraan, registreert. Aan de hand daarvan krijg je in de ochtend een gedetailleerd grafiekje te zien in een applicatie, waaruit je de kwaliteit van je slaap zou moeten kunnen afleiden.
“Oh ja, ik ken die apparaatjes”, zegt slaapexpert Annelies Smolders. “Ik word regelmatig door merken gevraagd om er reclame voor te maken of gezicht te worden van hun product. En ik zeg altijd nee.” Als klinisch psycholoog en slaapspecialist die cursussen geeft om mensen beter te helpen slapen, kunnen we wel stellen dat Smolders het een en ander weet over een goede nachtrust, en over wat werkt en wat niet. Haar mening over deze slaapgadgets nemen we dus graag voor waarheid aan.
Polysonografie
Het probleem met slaaptrackers is dat ze onmogelijk een volledige, accurate weergave van je slaappatroon kunnen geven, stelt Smolders. “Ze gaan hooguit jouw beweging en die van een eventuele partner naast je meten. Op die manier een juiste grafiek verkrijgen van je zogezegde diepe slaap of droomslaap, dat kan echt niet. De enige correcte, objectieve manier om je slaap te meten is aan de hand van een polysonografie, en daarvoor moet je in het ziekenhuis zijn. Je slaapt met zeven elektroden op je lichaam, waarbij je zuurstofsaturatie, hersenfrequenties en hartslag de hele nacht lang gemeten worden, er hangt een camera die je oogbewegingen trackt, ... En komt er ’s nachts een draadje los? Dan staat er meteen een medewerker klaar om dat terug te plakken.”
Om je slaap te kunnen analyseren zijn er dus heel wat meer parameters nodig dan je hartslag en beweging alleen. En zelfs na zo’n nachtje in het ziekenhuis is een juiste analyse maken niet evident. “Zelfs als alles goed verloopt, is het nog steeds erg moeilijk om een perfecte meting te bereiken. Gelukkig zijn de kabels van de elektroden met de jaren een stuk flexibeler geworden, waardoor ze minder storend zijn voor je nachtrust en de slaapervaring in het ziekenhuis.”
Toename van slechte slapers
Smolders vindt zulke slaaptrackers dus onzin. En ze gaat zelfs nog een stapje verder: “Sinds de opkomst van die gadgets heb ik een toename van slechte slapers gezien. Er zijn heel wat mensen die slecht slapen: ze hebben problemen met doorslapen, inslapen, of de kwaliteit van hun nachtrust is simpelweg niet goed. Dat komt vaak doordat ze er te veel mee bezig zijn. Als je je al wat zorgen maakt over de kwaliteit van je nachtrust en vervolgens je slaap obsessief gaat beginnen te viseren, is dat geen goed idee. En al zeker niet als je dat doet aan de hand van een meting die niet eens valide is. Het bezorgt je alleen maar extra stress en beïnvloedt je slaap op de koop toe ook nog eens negatief. Het werkt averechts.”
“Veel mensen forceren zichzelf ook om te gaan slapen, waardoor het nog minder lukt. Ze zeggen tegen zichzelf: ik moet er morgen op dát uur uit, dus ik moet nù gaan slapen. Ze zijn te veel bezig met uren tellen en hun slaap te controleren, of dat nu gebeurt aan de hand van een meetapparaat of de klok aan de muur. In plaats van te kijken naar de signalen die hun lijf hen aangeeft. Als mensen bij mij langskomen met zo'n grafiekje van een slaaptracker, denk ik: volgens mij is dit juist een van de oorzaken van jouw slechte slaap.”
Slaapdagboek
Wat kunnen mensen die slecht slapen en zo’n tracker overwegen dan wel doen? “Slaap afdwingen werkt niet. Er zit iets heel competitiefs in, in dat koste wat kost dat precieze aantal uren slaap willen halen. Mijn advies is: laat slaap los. Als je het loslaat, komt het spontaan. Wat ik patiënten wel aanraad, is om een slaapdagboek bij te houden. Maak schriftelijk een ruwe schatting van wanneer je naar bed ging, wanneer je opstond en bijvoorbeeld naar het toilet ging. Dat kan zeker een idee geven van je slaappatroon en eventuele problemen ontmantelen.”
Maar op geen enkele manier zou Smolders een tracker aanraden. “Die zijn goed om je beweging te meten, maar je rem- of droomslaap of de kwaliteit ervan kunnen ze onmogelijk weergeven.”