Gezond en gelukkig leven begint hier en nu

Abonneer

Aandoenlijke melodieën van Schubert of catchy deuntjes van Rachmaninov. Musicologe leert je hoe je klassieke muziek kan leren appreciëren

doorRedactieop 22/07/2021

Een vastgeroest cliché: de beau monde die omgeven met bladgoud en in dieprode stoffen zetels stijfjes naar een symfonisch orkest luistert. We beschouwen klassieke muziek zelden als toegankelijk, vaak zelfs als elitair. Musicologe Anna Vermeulen (26) legt de (on)geschreven regeltjes naast zich neer, en legt uit hoe en met welke componisten je de liefde voor klassieke muziek kan aanwakkeren. Ze creëert zelfs een handige Spotify-playlist voor beginners. “Je hoeft echt niet elke muzieknoot of elk instrument te herkennen.” 

Klassieke muziek wordt vaak naar voren geschoven als wondermiddel. Zo zouden Beethoven & co(llega-componisten) op de achtergrond je studieresultaten bevorderen en levert wagyu-koeien laten luisteren naar klassieke muziek malser vlees op. Toch klinkt er niet massaal klassieke muziek door de geluidsboxen in de Vlaamse huiskamers. Want het genre heeft ook een erg elitaire status. In luxeboetieks draaien ze klassieke muziek, bij reclames voor snelle wagens hoor je op de achtergrond een symfonisch orkest. Maar tijdens een picknick met vrienden bepalen Vivaldi, Schumann of Monteverdi zelden de sfeer. En op zaterdagavond naar de opera? Het is eerder een ‘once in a lifetime’-dingetje. 

“Het houdt veel mensen in de wereld van de klassieke muziek bezig: hoe kunnen we meer mensen bereiken?”, vertelt Anna Vermeulen. De musicologe is al van kinds af aan gebeten door het muziekgenre. “Ik raakte voor het eerst overweldigd door klassieke muziek toen iemand in ons klasje ‘Peter en de Wolf’ van Sergej Prokofjev op cello kwam spelen”, vertelt ze. “Ik wilde dat instrument dolgraag leren bespelen.” Als tiener luisterde Anna eerder stiekem naar haar favoriete muziekgenre. Leeftijdsgenoten kozen voor popsongs, klassieke muziek was Anna’s guilty pleasure. Maar de liefde voor muziek bleek gelukkig sterker dan Anna’s tienerzorgen. Op haar achttiende trok ze naar het conservatorium met haar cello als compagnon de route, een jaar later verruilde ze die opleiding voor een studie Musicologie.  

Typische stijfheid 

Intussen is Anna een gedreven recensente. Ze kent het wereldje vanbinnen en vanbuiten, duikt maar wat graag terug in de muzikale tijdlijn maar beleeft evenveel plezier aan de hedendaagse klassieke muziek. Anna is dol op hoe verscheiden klassieke muziek is. “Het genre kent een eeuwenlange geschiedenis, en nog elke dag wordt er nieuwe klassieke muziek gecomponeerd”, zegt ze. “Met elk tijdsperiode heb ik een andere band. Ook je mening over een bepaald muziekwerk kan je keer op keer opnieuw vormgeven. Omdat elke uitvoerder van een klassiek werk er een eigen interpretatie aan geeft, bijvoorbeeld. Maar ook omdat je steeds nieuwe lagen ontdekt als je de muziek beluistert.”

Het allerliefst trekt de musicologe naar de concertzaal. Want een live uitvoering komt toch iets intenser binnen. “De warme, volle klanken van de instrumenten in de zaal, terwijl mensen samen op een erg intieme manier muziek maken. Ik vind het prachtig als ik daar deel van uit mag maken." 

Maar door die microbe is niet iedereen gebeten. Zeker bij jongeren wint klassieke muziek geen populariteitsprijs. “Als ik met mijn vriendengroep praat over klassieke muziek, dan merk ik dat ze de muziek an sich best kunnen smaken. Maar het hele gebeuren daarrond spreekt hen minder aan”, zegt Anna Vermeulen. “Het volstaat voor veel mensen niet dat alleen hun oren gevoed worden in de concertzaal. Ik snap hen wel, de stijfheid in het huidige concertritueel is inderdaad iets waaraan je moet wennen. Maar er is beterschap in zicht: de manier waarop we klassieke muziek beleven is in volle ontwikkeling. De gangbare do’s-and-don’ts stammen grofweg uit de negentiende eeuw, en ook daarna ontwikkelde het concertritueel verder. Vandaag proberen muziekgroepen en concertzalen het concertformat te herdenken en werken ze bijvoorbeeld samen met videokunstenaars of tekenaars om meer dynamiek te creëren.”

Gebrek aan diversiteit 

Een ander pijnpunt bij klassieke muziek (en andere kunstgenres) is het gebrek aan diversiteit, zegt Anna. “Qua gender en etnische achtergrond zie je nog te weinig verscheidenheid op de podia en de programma’s. We hebben nog een lange weg te gaan, maar ik zie al veel positieve veranderingen. Sommige belangrijke zalen voor klassieke muziek in België, zoals de Singel, beginnen meer in te spelen op de nood aan diversiteit. In Engeland heb je het Chineke! Orkest, het eerste professionele orkest in Europa dat voornamelijk bestaat uit Black and Minority Ethnic-leden. De oprichtster van dat orkest zei me ooit: “Als wij op het podium staan, dan merk je dat je speelt voor een ander publiek dan gewoonlijk. We geven de boodschap dat klassieke muziek voor iedereen is.” 

Catchy deuntjes  

Want klassieke muziek is wel degelijk voor jong en oud, vindt Anna. En met een meer hedendaagse setting voor klassieke concerten kan je heel wat extra fans naar de zalen lokken. Maar hoe word je een van hen? Kan je klassieke muziek leren appreciëren? En is er een starterspakket voorhanden dat je het nodige muzikale duwtje in de rug geeft?  

“Eén componist aanduiden die je liefde voor klassieke muziek zal aanwakkeren, gaat niet. Net zoals je niet één schilder of schrijver naar voren kan schuiven”, zegt Anna. “Er zijn natuurlijk wel een paar grote namen die geregeld terugkeren op affiches. En de ene componist werkt ook met meer lagen dan anderen, maar de opera’s en symfonieën van Mozart zijn best toegankelijk. Zijn je oren popmuziek gewend, dan zijn de aandoenlijke melodielijnen van Schubert misschien wel iets voor jou. De pianoconcerto’s van Rachmaninov lopen dan weer over van de catchy deuntjes. De virtuositeit in die muziekwerken kunnen ook een trigger vormen om te blijven luisteren: het is indrukwekkend om iemand de handen van zijn lijf te zien spelen.” 

“Onlangs botste ik ook op de cd ‘Hush’ van de Nederlandse mezzosopraan Nora Fischer”, tipt Anna nog. “Samen met een gitarist stopte ze zeventiende-eeuwse barokliederen van onder anderen Monteverdi en Purcell in een modern singer-songerwriterjasje.”  

Belangrijker dan de componist, is het besef dat je op verschillende manieren naar klassieke muziek kan luisteren. “Je hoeft niet elke muzieknoot of elk muziekinstrument te herkennen”, zegt Anna. “Je kan ook op een heel onbevangen manier luisteren, zonder voorkennis, en je gevoel laten spreken.” Of het nu gaat om klassieke muziek of een ander genre, met openheid zet je de poort naar appreciatie open. 

“In elk genre zijn er geschreven en ongeschreven regeltjes, maar die mag je echt wel naast je neerleggen. Dat klassieke muziekstukken vaak lang zijn, kan een drempel zijn. Aan de andere kant is het misschien wel ideaal om je hoofd eens helemaal leeg te maken. Verwonder je over de klanken. Vervolgens zal er misschien een melodietje zijn dat jou aanspreekt. Of je geniet gewoonweg van het geheel. Luister je het werk een latere keer opnieuw, dan zal je vanzelf meer en meer lagen ontdekken. En zo kan de liefde groeien.”