“Waarom val ik altijd op foute mannen?” 6 nieuwe inzichten over moderne liefde van relatietherapeute Esther Perel
De wereldberoemde Esther Perel was (even) back in town, en dat zal ’t Stad geweten hebben. Een zo goed als uitverkochte Stadsschouwburg nam maandagavond collectief plaats op de bank van de Belgisch-Amerikaanse relatietherapeute. Nadat ze haar licht wierp op de toekomst van onze relaties, analyseerde ze prangende liefdesvragen vanuit het publiek. Vergezeld van de occasionele ‘shit’, ‘fuck’, ‘asking for a friend’ en een vleugje vrouwelijk narcisme.

Op uitnodiging van het tijdschrift Newsweek sprak Esther Perel maandagavond voor het allereerst voor een Vlaams publiek. Niet alleen voor ons, maar ook voor haar een hele eer, zo blijkt. “Hebben jullie gevoeld hoe zenuwachtig ik was? Hoe ontroerd ik was?”, vertrouwt Perel haar publiek na afloop van haar lezing toe.
Hoewel ze al meer dan dertig jaar in de ‘Big Apple’ woont en werkt, blijft de wereldberoemde relatietherapeute een zwak hebben voor België. En dan vooral voor Antwerpen, de stad waar ze samen met haar ouders, twee Poolse Holocaustoverlevers, een tijdlang woonde. Die crush bleek duidelijk wederzijds: de hele Stadsschouwburg hing vanaf minuut één aan haar lippen.
En zij aan die van de toeschouwers. Nadat ze ons een hele resem levens- en liefdeslessen meegaf in typische, confronterende Perel-stijl (“We leven in een maatschappij waarin we onszelf constant evalueren. Daardoor wordt liefde iets dat je waarde moet bevestigen”) ging de psychotherapeute het debat aan met het publiek. Enkele uitverkorenen mochten haar hun meest prangende relatievraag voorschotelen. De vraagstellers gaf Perel vlak voor de start van de Q&A nog een tip mee: “Zeg dat je het vraagt voor een vriend.”
De bad boy
Hoe komt het dat iemand telkens weer voor de foute persoon valt?
Perel: “Een antwoord, in twee minuten?” (lacht)
“Ik denk dat je jezelf al veel te lang dezelfde vraag stelt op dezelfde manier. Als je een relatie aangaat, maak je niet alleen een deal met de ander, maar gooi je het ook op een akkoordje met jezelf. In jouw geval: hoewel je de alarmsignalen wel ziet, ga je de situatie voor jezelf telkens weer rationaliseren. ‘Bij mij zal hij anders zijn dan bij alle anderen’. In jouw hoofd ben jij namelijk specialer dan al je voorgangsters; anders dan al die vrouwen die al voor deze bad boy-shit vielen. Dat is een typisch voorbeeld van verborgen vrouwelijk narcisme. Het gaat er immers niet om dat hij de ware lijkt voor jou. Wel dat jíj denkt dat jij de ware bent voor hem, en net daardoor trap je telkens weer in dezelfde valstrik.”
Over en out?
Ik heb een vriend (gelach in de zaal) die dertig jaar een gelukkige relatie had. Toen zijn partner besliste om weg te gaan, kwam dat als een donderslag bij heldere hemel. Hoe kan hij de ander ervan overtuigen om de relatie toch nog een kans te geven, al is het op vriendschappelijke basis?
Perel: “De allermoeilijkste opgave voor een mens? Dat is het aanvaarden van de beslissing van een andere persoon. Vooral dan als die ander beslist dat hij of zij niet langer bij jou wil zijn. Dan word je overvallen door heel veel grote emoties: een gevoel van hulpeloosheid, het verlies van controle en de voorspelbare toekomst, de notie dat het leven dat je kende, afgelopen is, ...”
“Op zo’n moment zeggen mensen vaak: ‘hij of zij heeft me nooit gezegd wat er scheelde’, terwijl de ander hen eigenlijk al dertig jaar lang probeert te waarschuwen. Het gaat er op dit moment dus niet om wat jij wil, maar wel om wat zíj willen. In het hoofd van de ander heb jij immers al veel te lang je zin gekregen. Probeer de ander niet te overhalen om terug te komen voordat je grondig te rade bent gegaan bij jezelf: besef je hoe doof en blind je zo lang bent geweest? Kan je je eigen fouten inzien? Dat is de allereerste stap naar herstel.”
Stiekem verlangen
Waarom blijven mensen vasthouden aan een onmogelijk verlangen, dat verwoestend kan zijn voor hun relatie?
Esther: “Met andere woorden: je zit in een relatie, maar voelt kriebels voor iemand anders, en vraagt je af wat je daarmee aan moet. Moet je de vlinders temmen? Of juist vrij laten rondfladderen? Of denk je vooral: ‘What the fuck am I doing?’”
“Dit is sowieso een enorm ingewikkelde vraag. Het antwoord erop hangt immers af van de afspraken die je samen maakt, als koppel. Sommige koppels maken ruimte voor dit verlangen: zij erkennen dat er anderen bestaan buiten hun twee-eenheid en bakenen samen de bewegingsruimte af. Mag je er fysiek iets mee doen, of blijft het bij fantaseren? Praten we erover met elkaar, of willen we niets weten over het stiekeme verlangen van de ander?”
“Om dergelijke afspraken te kunnen maken, moet er eerste ruimte zijn voor een gesprek. Dat is waar het schoentje vaak wringt. Vooral heteroseksuele koppels zijn er nog te vaak van overtuigd dat er maar één Ware bestaat. Deze romantische mythe stemt echter niet overeen met de realiteit. Hoe sneller we dat aan onszelf durven toegeven, hoe sneller we er een eerlijk en open gesprek over aan kunnen gaan met onze partners. Voordat we in de fout gaan. Before shit hits the fan.”
Daten met een beperking
Het lijkt erop dat vrouwen een beetje bang zijn om een rolstoelgebruiker te daten. Hoe zorg ik ervoor dat ze naar de persoon in de rolstoel kijken, in plaats van naar het ding zelf?
Esther: “Wat ik afleid uit je verhaal, is dat je alle macht bij de vrouw in kwestie legt: jij denkt dat zij voor jou moet kiezen, in plaats van omgekeerd. Mijn eerlijke antwoord? Ik heb geen pasklare oplossing voor je probleem. Het enige wat ik wel met zekerheid kan zeggen, is dat onze verbeelding ons boven de limieten van de realiteit helpt uitstijgen. Als je wil dat mensen verder kijken dan datgene wat ze in een oogopslag kunnen zien, die rolstoel dus, moet je hen uitnodigen om meer van jou te ontdekken. De bal ligt dus wel degelijk in jouw kamp.”
Dealen met depressie
Mijn partner is depressief en dat weegt op ons als koppel. Ik voel me nu vooral een verzorger, terwijl ik weer een geliefde wil zijn. Hoe geef ik onze relatie - en mezelf - weer wat lucht?
Perel: “Eerst en vooral wil ik je bedanken voor de vraag. Je zit in een situatie die velen overkomt, al zullen maar weinig mensen het durven toegeven. En het is een ontzettend lastige situatie, omwille van het paradoxale karakter ervan. Een depressie maakt iemand machteloos, uitgeput, vreugdeloos,...En net daardoor krijgt de depressie heel veel macht op interpersoonlijk vlak. It runs the show. De aandoening is als het ware een persoon op zich, die de omgeving dicteert wat er gezegd en gedaan moet worden. Maar hoe hard die omgeving hierin ook meegaat, je kunt dit probleem niet voor je geliefde oplossen.”
“Een verzorger of een geliefde, dat zijn twee totaal verschillende rollen. Als iemand je nodig heeft, zit dat het verlangen in de weg. Zorgzaamheid is dan ook een echte seks-killer: het zuigt de erotiek uit de relatie. Net daarom is het zo belangrijk om je te blijven amuseren. Dus ga uit, ga dansen, ga sporten, ... Kortom, denk ook aan jezelf. Doe een beroep op je netwerk en blijf genieten van het leven. En het belangrijkste: voel je vooral niet schuldig.”
Vaderfiguur
Mijn vriendin en ik hebben samen een zoontje van vier. Ik ben de biologische moeder en zij droeg ons kind. Ik worstel soms met mijn positie binnen ons gezin. Het lijkt wel of ik tegen wil en dank in de vaderrol geduwd ben: mijn vriendin is de veilige haven, en ik moet de brug vormen naar de buitenwereld. Maar hoe doe ik dat dan, een vaderfiguur zijn?
Esther: “Kunnen we deze patriarchale clichés alsjeblieft overboord gooien? Je lijkt in een machtsstrijd verwikkeld over wie zich de titel van ‘mama’ mag toe-eigenen. Nochtans heeft een kind geen aparte mama- en papafiguur nodig. Wel ouderfiguren die van de opvoeding een gezamenlijk project maken. Die rollen kunnen vervuld worden door hem, haar, die of hun. Hoog tijd dus om je vastgeroeste gezinsidee te herschrijven, dat zal bevrijdend werken.”
“En wat de invulling van je rol betreft: vraag jezelf vooral af wat voor een ouder je zelf wilt zijn. Hiervoor kun je je baseren op de positieve eigenschappen van je moeder, je vader, je grootouders,... Maak er gerust een mix van. Zo word je de allerbeste...hoe noemt jouw kind je eigenlijk?”
Mama.
Esther: “Voila!”